YUNNANYI 云南驿

Het dorp Yunnanyi ligt 80 km ten zuidoosten van het stadje Dali, in het district Xiangyun in de provincie Yunnan. Het is een mogelijke stop op het traject Kunming-Dali. Yunnanyi is een nederzetting die al tweeduizend jaar bestaat, een post in het oude Yunnan op de ‘Thee-Paarden-weg’, (茶马古道, Chama Gudao), de eeuwenoude handelsroute voor thee, paarden en zout.

Antieke Handelspost

Yunnanyi was de eerste plaats die de naam Yunnan (‘Ten zuiden van de wolken’) droeg, nu de provincienaam Yunnan. Tijdens de vroege Han-dynastie (206 – 9 v.Chr.) werd hier in 109 v.Chr. het district Yunnan gevestigd. Tijdens de Wei en Jin (220-419) was er de prefectuur Yunnan. Vanaf de Yuan (13e eeuw) was hier een militaire Yizhan (Post), vandaar de naam: Yunnan Yi. De bevolking bestond vooral uit Bai en Lao Han die in de 14e/15e eeuw vanuit oost-China naar hier migreerden als soldaten-kolonisten. Hun traditionele huizen zijn in het oude stadje (ca. 4.000 inwoners) nog altijd te zien.

Yunnanyi ligt op een strategische plek, tussen Dali, Kunming en Chengdu en tussen west- en zuid-Yunnan. Daardoor was er in de loop van de geschiedenis af en toe strijd, maar vooral veel handel. De ‘Thee-Paarden-weg’, ook wel de ‘Zuidwestelijke Zijderoute’ genoemd staat centraal in het lokale Paarden Karavanen Museum.

Vliegende Tijgers

Bij Yunnanyi ligt een militair vliegveld dat tijdens de Tweede Wereldoorlog is aangelegd als basis voor de Flying Tigers. Dat was een groep in Burma getrainde Amerikaanse piloten die in 1941-42 vanuit een aantal vliegbases in Yunnan de Japanners bestreed en de Chinese luchtmacht daarmee ondersteunde. De American Volunteer Group bestond uit 3 squadrons met ieder 30 kisten. Hun vliegtuigen waren met haaienbekken beschilderd.

Yunnanyi was tijdens de oorlog een belangrijke basis voor de Tiger Hump, maar ook voor de Burma Weg, de landroute van Yunnan met Myanmar, en voor de Sino-Indiase Oliepijplijn, waarlangs oorlogsmaterieel en olie werd vervoerd. Dat alles is te zien in het Museum for Transportation in World War II.