ZOEKEN:
Kuqa
Kuqa | Grote Moskee
Kuqa | Kizil Grotten
Kuqa | Subashi

KUQA ناھىيىسى / 库车 (Kùchē)

Kuqa in Xinjiang stond vroeger bekend als Guici of Qiuci. Tijdens de Westelijke Han-dynastie was het een grote stadstaat langs de Zijderoute, waarvan de resten 20 km van het huidige Kuqa liggen. Vandaag de dag is Kuqa het op een na grootste gewest van Xinjiang met een bevolking van 450.000 zielen. De stad zelf telt 150.000 inwoners, voornamelijk Uygouren (een kwart is Han-Chinees). De plaatselijke economie steunt voornamelijk op landbouw, vooral fruitteelt. Het ligt aan de noordkant van de Taklamakan Woestijn.

Een Han-prinses werd uitgehuwelijkt aan de vorst van Qiuci en in 60 v.Chr. kwam Qiuci onder de formele jurisdictie van de Han. Maar het was feitelijk een onafhankelijk rijk en werd vanaf de 4e eeuw een belangrijk boeddhistisch centrum, het tehuis van duizenden nonnen en priesters. Kumarajiva, de zoon van een Indiase vader en een lokale moeder, werd hier geboren en bracht lange tijd in Chang’an door met het vertalen van de heilige geschriften. Men zegt wel dat het boeddhisme zich vanuit Kuqa over heel China heeft verspreid. De muziek en dansen van het gebied waren invloedrijk in Centraal-China. Vanaf de 9e eeuw kwam de islam en verdrong het boeddhisme als dominante religie.

Kuqa Moskee

De Kuqa Moskee is in 1928 gebouwd en ligt in het noordelijk deel van de oude stad. De façade heeft twee grote minaretten. De grote gebedszaal heeft een plafond vol snijwerk dat wordt ondersteund door houten pilaren die in rood, blauw en groen zijn geschilderd.

Tombe van Molena Ashidin Hodja

Op ongeveer tien minuten lopen van het Kuqa Hotel ligt de graftombe van een Arabische missionaris die 6-700 jaar geleden in Kuqa aankwam. Omdat hij een varken doodde, viel hij de volgende dag dood neer.

Subashi

Een rit van 20 km buiten Kuqa brengt u naar de ruïnes van de oude hoofdstad Subashi of Guici aan de Kuqa-rivier. Er zijn in Subashi Gucheng nog pagodes te zien en tombes uit de Wei- en Jin-dynastieën (220-420), die recentelijk zijn opgegraven. De ruines van de grote Zhaoguli Tempel dateren van de 5e eeuw. Men heeft hierin onder meer fraai brokaatwerk in de stijl van de Oostelijke Han-dynastie (25-220) gevonden. De stad schijnt in de 12e eeuw te zijn vernietigd of verlaten.

Kyzil (Kezi’er) Grotten

Zestig kilometer ten noordwesten van Kuqa, op 2½ uur rijden, ligt het meest westelijke voorbeeld van de vele Duizend Boeddha Grotten van China: de Kezi’er Grotto’s aan de oever van de Muzat-rivier. Het is een magnifieke tocht door ruig berglandschap met aan een zijde een rivierbedding waar vroeger de Zijderoute langs voerde. De grotten liggen in een steile bergwand.

Er zijn geen documenten die verwijzen naar de exacte datum van de Kezi’er. Het is echter zeker dat onder de Jin en de Noordelijke en Zuidelijke dynastieën (3e-6e eeuw) het Boeddhisme in deze contreien bloeide en dat er talloze rondzwervende monniken waren. De grotten zijn waarschijnlijk voor de 4e of 5e eeuw ontstaan.

80 van de totaal 236 grotten bevatten nog steeds fresco’s. De schilderingen hebben hun frisheid behouden. Kezi’er betekent ‘rood’ in het Uygours. De stijl van de grotten is Chinees, maar niettemin ongebruikelijk.

Elke grot is zodanig uitgehold dat in het midden een soort pagode is overgebleven, met uitgeholde nissen, of beelden met houtsnijwerk van bodhisattva’s. Elke grot is rechthoekig. De achterste muren waren vroeger bezaaid met beelden. Dit is kenmerkend voor alle grotten te Xinjiang. Dit kan een voorbeeld van de directe invloed van Indiaas-boeddhistisch rotssnijwerk zijn. Bijna alle grotten zijn op dezelfde wijze vervaardigd.

De fresco’s verschillen van die van Dunhuang zowel qua stijl als inhoud. Voor de plafonds zijn geen symmetrische ontwerpen gebruikt. De schilderingen beelden religieuze taferelen uit, soms vermengd met realistische interpretaties van dagelijkse gebeurtenissen of dieren. Andere muren zijn versierd met schilderingen over het leven van de Boeddha. De stijl leunt zwaar op de volkskunst. De meeste beelden zijn verdwenen en/of verminkt.

Er zijn momenteel 9 grotten voor het publiek opengesteld, waarvan er slechts 6 sporen van fresco’s bevatten. Kortom: vooralsnog is de rit naar Keze’ir interessanter dan het bezoek aan de grotten zelf.

Qianlei Quan (Duizend Tranen Bron)

Deze bron ligt 1 km van de Kezi’er Grotten in een mooie omgeving. De bron is bereikbaar via een nauwelijks begaanbare weg over steile zandhellingen en rivierstroompjes.

Een lokale legende vertelt van de dochter van de koning van Qiuci, de schone prinses Zhaoerhan, die verliefd werd op een arme metselaar. Om met haar de mogen trouwen moest deze van de koning duizend grotten uithakken. Toen hij het aantal van 999 had bereikt viel hij dood neer. Toen de prinses naar hem op zoek ging en hem levenloos aantrof plengde zij zoveel tranen, dat een bron werd gevormd.

Kumutula Grotten

De Kumutula of Kumtura Grotten liggen 28 km ten zuidwesten van Kuqa, ten westen van het Bositeng (Baghrash Kol) Meer. ‘Kum’ betekent ‘zand’ in het Uygours en ’tura’ ‘wachttoren’. De naam betekent derhalve ‘Baken in de Woestijn’.

Het uithakken van de grotten is in 265 begonnen en heeft tot 1279 voortgeduurd. De boeddha’s en bodhisattva’s in de muurschilderingen zijn bijzonder elegant. In Grot 2 staat een bodhisattva uit de 4e eeuw die ondanks zijn baard een vrouwelijke soepelheid heeft, welke op Indiase invloeden duidt. In Kumtura zijn 112 grotten genummerd. Grot 68 bevat inscripties in klassiek Qiuci- schrift. Momenteel zijn de grotten officieel voor het publiek gesloten.

TOURS MET KUQA

Maatwerk tours

afhankelijk van uw wensen
naar eigen wens