HANCHENG 韩城
Hancheng ligt 240 km ten noordoosten van Xi’an, in het oosten van de provincie Shaanxi en tussen een bergketen en de Gele Rivier. De strategische ligging maakte het al vroeg tot een belangrijke plaats, vroeger Xiayang en Hanyang genaamd. Het is de geboorteplaats van de beroemde historicus Sima Qian (ca.141-86 BC).
Het stadsdistrict Hancheng heeft een paar honderdduizend inwoners, de stad zelf veel minder. Hancheng bestaat uit de oude stad, met circa 20.000 inwoners en ten noorden daarvan de nieuwe stad met circa 40.000 inwoners. In de oude stad zijn de oude straten en de traditionele bebouwing goed bewaard gebleven, enigszins vergelijkbaar met Pingyao. In de omgeving is veel oppervlakte koolmijnbouw waardoor het milieu is aangetast, maar in de stad merk je daar niet zoveel van en ook rond de stad is het redelijk groen.
Oude Stad
In het oude centrum van Hancheng waant u zich terug in de tijd, in een China van eeuwen geleden. Vroeger was de stad ommuurd, maar daarvan resten nu alleen nog enkele poorten. In de oude stad ziet u vele traditionele huizen, zelfs uit de Yuan-dynastie. Van zuid naar noord loopt door de oude stad de hoofdstraat, die men tot Ming-Qing-straat wil omdopen. Aan weerszijden bevinden zich winkelpanden die soms eeuwen oud zijn. De winkels verkopen vooralsnog de waren die je iedere Chinese plaats kunt vinden, en zijn nog weinig aangepast aan het toerisme. In de oude stad zijn ook diverse tempels. De belangrijkste zijn de hieronder beschreven tempels gewijd aan Confucius en de Stadsgod. Aan de noordzijde van de oude stad bevindt zich een park. Hier stond vroeger de moskee en het was de wijk van de islamitische Hui.
Confucius Tempel
De mooie Confucius Tempel (Wenmiao) staat in de noordoosthoek van de oude stad. De gebouwen dateren uit de Yuan, Ming en Qing. Het was een academie waarin op xian (district) niveau examen werd gedaan. In een zijgebouw bevinden zich enkele tientallen boeddhistische beelden, daterend uit diverse dynastieën en afkomstig uit een aantal gesloten tempels.
Stadsgod Tempel
Aan de oostkant van de oude stad staat de Tempel voor de Stadsgod (Chenghuangmiao), een tempel die vrijwel iedere Chinese stad vroeger had. De tempel is een middelbare school en rond de oude gebouwen zijn lokalen en woningen voor docenten gebouwd. De school zal binnenkort verhuizen en het is de bedoeling om daarna de tempel te gaan restaureren.
Dayu Tempel
Even ten noordoosten van de oude stad staat de tempel gewijd aan Dayu. Hij is de man aan wie de geavanceerde irrigatie en waterwerken wordt toegeschreven; zijn zoon stichtte de al dan niet legendarische Xia-dynastie (21e-16e eeuw BC). Langs de Huanghe staan diverse Dayu-tempels, alhoewel er ook veel zijn verdwenen. Ook in deze tempel is veel verwoest. Wel staat de hoofdhal er nog, met daarin het beeld van Dayu en beelden van enkele lokale generaals.
Song Brug
Ten zuiden van de oude stad is naast de moderne brug nog een oude brug te zien, de Weinan Yuxiu Brug (渭南毓秀桥), die dateert uit de Song. Hij leidt naar een tempel, aan de zuidkant van de oude stad.
Wei Muur
Ongeveer 20 km ten zuiden van Hancheng is nog een deel van de Chinese Muur uit de Wei te vinden, 500 BC en dus voordat de Muur tijdens de Qin aaneen werd gevoegd tot de Grote Muur. De muur was hier 100 km lang en daarvan is 20 km over. Dat is des te opmerkelijker aangezien de muur was gemaakt van aangestampte aarde. Dat gebeurde echter zeer grondig, oude bronnen verhalen dat iedere avond over een nieuwe laag water werd gegoten en als dat wegliep in de grond werden de bouwers zwaar gestraft. De Wei-muur was hier 8 meter breed en 5 meter hoog en liep van west (de rivier) naar oost.
Sima Qian Tempel
De herdenkingstempel van Sima Qian, in Hantaishi, 18 km ten zuiden van Hancheng, dateert uit de Song-dynastie (960-1127). Sima Qian werd geboren in Hancheng in 141 v.Chr. Hij was een zeer beroemde historicus en filosoof, de schrijver van de ‘Annalen van de Geschiedenis’, het eerste algemene historische werk dat van grote invloed was op de latere geschiedschrijving en het denken over het verleden in China. Zijn tombe is er te zien, evenals inscripties door belangrijke figuren uit vele eeuwen.
De Sima Qian Tempel staat prachtig op een heuvel naast de Gele Rivier. De tempel die in de vierde eeuw rond de tombe ontstond kreeg in vele eeuwen vorm, de huidige gebouwen dateren uit de Ming en de Qing. Een pad leidt omhoog de heuvel op en via de poort komt men in de tempel. In de hoofdhal staat een groot beeld van de historicus. Achter de hoofdhal is de eigenlijke tombe. De tombe van Sima Qian dateert uit 310 AD en werd door een lokale bestuurder gebouwd. Hij ligt hier overigens niet begraven omdat hij in gevangenschap stierf. Kort voor de Yuan heeft een Mongoolse vorst de graftombe herbouwd in de vorm van een yurt (ger), waaruit een boom groeit. In een van de bijgebouwen vindt men kopieën van geschriften en stelea waarop allerlei beroemde personen Sima Qian herdenken, want zijn faam is al eeuwenlang zeer groot.
Gele Rivier
Hancheng ligt niet ver van de Gele Rivier (Huanghe). Met recht heet de rivier hier ‘geel’, dat komt door de löss die wordt meegevoerd. U kunt in het centrum een taxi huren die u heen en terug brengt.
Longmen / Yumenkou
Bij Longmen (Drakenpoort), 30 km ten noorden van Hancheng, rijzen twee hoge piek op en laten een doorgang van slechts 40 meter: de Yu Poort (Yumenkou), aangezien de grote vorst Yu meer dan vierduizend jaar geleden hier met één slag van zijn zwaard de doorgang zou hebben uitgehouwen.
Dangjiacun 党家村
Dangjiacun ligt in de provincie Shaanxi, 9 km ten noordoosten van de stad Hancheng. Het is een klein plaatsje met circa 1400 inwoners in 320 families. Daarvan hebben er 60% de achternaam Dang en 30% heten Jia. De eerste Dang, Dang Shuxuan kwam uit Dali (tussen Huashan en Hancheng) en vestigde zich hier in 1331. Later kwam ook de familie Jia, afkomstig uit een ander deel van Shaanxi, in het dorp wonen. De Dang en Jia vestigden zich hier vanwege de strategische ligging, aan de ene kant de Huanghe, aan de andere kant bergen. Ze waren landbouwers en handelaren, maar gaandeweg specialiseerde het hele dorp zich in de handel en werd daardoor zeer welvarend.
Het dorp is vooral bijzonder vanwege de traditionele architectuur en vanwege de verdeling in beneden- en bovendorp. Het is pas een paar jaar open voor reizigers en oogt (nog) niet toeristisch; er zijn nog nauwelijks restaurantjes of souvenirwinkeltjes.
De huizenbouw in Dangjiacun is in hoofdlijnen nog dezelfde als toen de eerste Dangs en Jia’s zich hier vestigden. De huizen ogen welvarend. Veel van de Dang en Jia waren kooplieden, die zodra hun handel zich uitbreidde naar een grotere stad in Henan verhuisden, maar als ze oud werden terugkeerden naar Dangjiacun. Sommigen wisten zelfs op te klimmen via het examenstelsel en er waren zelfs dorpers die het brachten tot leraren van keizers. Dangjiacun had zelfs een eigen banksysteem, gelijkend op dat van Pingyao. Ze bouwden hun huizen in de stijl van noordwest-China: gebouwen van twee verdiepingen met beneden het woongedeelte en boven ruimte voor opslag en gebouwd rond een binnenhof. Het zijn ruime huizen en ze bevatten veel traditionele elementen. Men slaapt op een kang (verwarmd stenen bed), in de woonkamer staat een weefgetouw en veel ramen zijn bedekt met papierknipsels. Bij gelegenheid wordt de lokale specialiteit bereid: gevulde en versierde gestoomde broodjes.
Veel van de huizen hebben in de toegang een altaar voor de God van de Aarde staan. Je kunt ook nooit direct een huis binnen kunnen lopen en je zult geen kruising in het dorp aantreffen. Dat is om kwade geesten (die immers geen hoek om kunnen) te weren.
Veel van de huizen hebben extra dikke muren, want de welvaart van Dangjiacun trok ook bandieten aan. Vooral in de tweede helft van de 19e en het begin van de 20e eeuw waren er veelvuldig overvallen. Daarom werd toen naast het oude dorp en iets meer heuvel op een nieuw dorp gebouwd. Het werd versterkt met stevige aarden wallen en was slechts bereikbaar via één weg die via een stevige poort omhoog loopt het dorp in. Het bovendorp was vroeger alleen in tijden van gevaar bewoond. Nu wonen er wel mensen permanent in dit hogere deel van Dangjiacun.
Een aantal van de huizen in Dangjiacun is wat beter bewaard gebleven dan andere en daarom zijn deze als ‘bezienswaardigheid’ aangewezen. Ze zijn met oude spullen afkomstig van diverse families ingericht als een soort van museumhuizen en geven een beeld van het traditionele leven hier. Maar zeker zo aardig is het om ook gewoon door de straten te slenteren en zo af en toe eens ergens naar binnen te kijken.
De commercie heeft in Dangjiacun nog nauwelijks toegeslagen en de dorpsbewoners staan nog erg open voor de weinige toeristen die er komen. Wel moet er een klein bedrag worden betaald als entree voor een bezoek aan het dorp.