ZOEKEN:

De Hemel is in het oude Chinese denken gelijk aan het Alles, aan God. Confucius verengde het begrip Hemel tot de morele orde die de kosmos bepaalt. Vanuit die idee verleent de Hemel een mandaat aan de keizer om over de mensheid te heersen.

dynastieke-cyclusDe keizer is de Zoon des Hemels en heeft daardoor een semi-goddelijke status gekregen. Maar het is een status die hij ook weer kan verliezen, want het mandaat is er op gebaseerd dat de keizer de deugd bezit. Als de vorst deugdzaam is, goed is, is het volk goed. “De heerser is als de wind, het volk als het gras. In welke richting de wind waait buigt het gras” zei Confucius in de Analecta.

De andere kant van die medaille is dat als de vorst niet deugdzaam is, hij het mandaat van de Hemel ook kan verliezen. Dit is de basis van het concept van de ‘dynastieke cyclus’ en eigenlijk de basis voor continuïteit, voor het voortbestaan van het hele systeem, terwijl een keizerlijke dynastie eindig is.

Vaak begint een nieuwe dynastie na een periode van onrust, oorlogen en verwoestingen. Vaak is dan ook de bevolking gedecimeerd, ligt er veel grond braak en functioneren de irrigatiesystemen niet meer. De nieuwe dynastie wil de steun van de bevolking verwerven en het land zo snel mogelijk wederopbouwen om te zorgen voor voedsel en inkomsten. Dus worden er landhervormingen doorgevoerd waarbij landloze boeren en veteranen land krijgen toegewezen. Het leger concentreert zich weer op de grensbewaking. De eerste taak van de bestuurders is om te zorgen dat de irrigatiesystemen worden hersteld om zo overstromingen tegen te gaan en te zorgen voor de basis voor goede oogsten. Dit alles leidt tot economische bloei en de inkomsten van de bestuurders en van het keizerlijke hof nemen toe. Dat is de basis voor een culturele bloei waarin geld besteed kan worden aan de kunsten.

Na een tijdje groeit de bevolking en wordt het voor de boeren steeds moeilijker om meer monden te voeden van het zelfde stukje grond. Ze steken zich in de schulden, moeten hun grond verkopen en de landconcentratie neemt toe. Tegelijk staat het hof steeds verder af van de gewone bevolking en evolueert de culturele bloei in decadentie en verspilzucht. De macht van het centrum neemt af en de lokale landheren worden steeds rijker en machtiger. Het centrum reageert met pogingen om het gezag te handhaven door zich te beroepen op oude tradities en regels. Innovatie blijft uit, de coördinatie over waterbeheersing en belastingen wordt minder.

Er komen meer overstromingen en er zijn weer meer invallen van nomaden die veroveringstochten uitvoeren. De landloos geworden boeren worden uitgebuit en verarmen nog meer. Bij natuurrampen wordt er niet effectief gereageerd en de ellende wordt groter. Er ontstaat hongersnood en de boeren komen in opstand en plunderen de graanschuren van de landheren en de bestuurders. Die reageren met repressie. Als de boerenopstanden groter worden sluit een deel van de elite, die soms zelf ook slachtoffer is van de ontstane corruptie en decadentie, zich aan bij de opstand. De opstand krijgt een ideologie, vaak gebaseerd op oude half-daoïstische en confucianistische ideale samenlevingen uit het verre verleden. De chaos wordt gezien als bewijs dat de keizer zijn deugd en moraliteit heeft verloren en dus zijn mandaat.

De opstand ontaardt in een burgeroorlog, waardoor veel land braak komt te liggen en de bevolking wordt gedecimeerd. Uiteindelijk slaagt de boerenopstand erin om de dynastie ten val te brengen en uit de opstandelingen, of uit het leger of uit een deel van de elite die zich op het laatste moment heeft afgekeerd van de keizerlijke familie, komt een nieuwe dynastie te voorschijn. En dan kan de cirkel weer van voren af aan beginnen.

Dit cyclische idee van opkomst en verval van dynastieën zit verweven in het Chinese denken over geschiedenis. Zoals in het Westen lange tijd het lineaire vooruitgangsdenken overheersend is geweest en misschien nog wel is, zo anders denken Chinezen over verleden, heden en toekomst. Ook al zijn de keizers er niet meer, dit denken is nog steeds zeer krachtig en bepaalt mede hoe de Chinese machthebbers handelen en hoe er tegen hen wordt aangekeken.

<- Geestelijk leven